Lichaam en geest

Laten we beginnen in 1981 als Hilde Foks op de fiets in botsing komt met een auto en haar nek breekt. Plotseling heeft haar hoofd een onzekere relatie met haar lichaam. Voor iemand die een centrale rol speelt op het Nederlandse honkbalveld en daarnaast lichamelijke opvoeding studeert alvorens te switchen naar de Rietveld Academie, is zo'n ongeval van ingrijpende betekenis. Ze begint prachtige sjaals te weven om, zoals ze zich achteraf realiseert, die nek maar warm te houden.
Nu we bijna 25 jaar verder in de tijd zijn, blijkt Hilde Foks een compleet oeuvre te hebben gebouwd op persoonlijke ervaringen. Haar weefsels veranderen onder invloed van een verschuivend levensgevoel. Men hoeft de verhalen die eraan gekoppeld zijn niet te kennen om het werk te waarderen, maar ze voegen wel iets toe. Zo kan het recente gebruik van mensenhaar en vingerafdrukken niet los worden gezien van de band die zij met bloed- en geestverwanten ervaart. Zij zoekt passende vormen voor wat er wezenlijk toe doet. Haar kunst begon in feite op de werpplaat van het honkbalveld, waar de pitcher een veerkrachtige schroefbeweging uitvoert om de tegenstander met het slaghout te verrassen. Dat vergt een vorm van lichaamsbeheersing waarbij spanning en souplesse samengaan. Diezelfde karakteristiek vinden we terug in haar sieraden.De industriële drukveertjes die zij met behulp van weef- en rijgtechnieken op spanning brengt, vlijen zich opvallend soepel om hals en pols.

Hendrik van Leeuwen, december 2005

klik op een foto voor groter beeld